Uw gazon en Husqvarna Automower® voorbereiden op het maaiseizoen

Hark bladeren bij elkaar en verwijder al het tuinafval (stokken, dennenappels, bladeren en verspreide mulch) om grasschimmel te voorkomen en slijtage van de messen van de maaier te verminderen.

• Gebruik een hooivork of een verticuteermachine om verdichte grond los te maken en een zuurstofrijke omgeving te realiseren voor gezonde wortelontwikkeling.
• Als een begrenzingsdraad aanwezig is, moet u oppassen dat u deze niet beschadigt.

• Zaai kale of onregelmatige gebieden door.
• Houd het oppervlak vochtig en bedek het met vezeldoek voor snellere ontkieming.
• Als uw Automower®-model Zone Control ondersteunt, maakt u een te vermijden zone om te voorkomen dat de maaier gebieden met nieuw gezaaid gras binnengaat.

• Maak te vermijden zones met AIM Technology
• Maak te vermijden zones met EPOS®-technologie

• Gebruik voor andere modellen Automower® Temporary Fence, Automower® FlexiFence of Automower® Area Switch.

• Bemest het gazon om het groen en gezond te behouden.
• Overweeg het gebruik van een kunstmest met langzame afgifte voor een gelijkmatigere groei.

Als de lente droog is, begint u te bewateren in de lente.

EPOS®-installaties zonder draden

• Als u een referentiestation gebruikt en dit in de winter hebt opgeslagen, plaatst u het weer op de steun en sluit u het aan op de voeding.
• Controleer de werkgebieden, te vermijden zones en transportpaden in de Automower® Connect-app. Pas ze aan als de indeling van uw tuin is gewijzigd sinds het vorige seizoen.
• Voor maaiers met alleen wifi die gebruikmaken van EPOS® via Husqvarna Cloud, controleert u of er in het gehele werkgebied een sterke wifidekking is. Voor een betere verbinding kunt u overwegen een Automower® Connect-kit te installeren (verkrijgbaar via uw Husqvarna-dealer) om mobiele connectiviteit toe te voegen aan uw maaier, of een wifiversterker te gebruiken om het signaal te verbeteren.

Opstelling van de begrenzingsdraad

• Loop door uw tuin en controleer de installatie van de begrenzingsdraad.
• Controleer of er geen krammen zijn losgekomen en of er geen sprake is van zichtbare schade aan de begrenzingsdraad.
• Meer tips over het voorkomen van kabelbreuk vindt u hier.

• Scherpe messen zijn essentieel voor het verkrijgen van een strak gemaaid gazon en om het gras te beschermen tegen ziekten.
• Vervang de messen als deze niet aan het einde van het laatste seizoen zijn vervangen.
• Vervang altijd zowel de schroef als het mes.
• Lees meer over wanneer en hoe u de messen van een Automower®-robotmaaier moet vervangen

• Plaats het laadstation op zijn aangewezen locatie. Lees meer over Optimale plaatsing en installatie van het Automower®-laadstation.
• Zorg bij installaties met begrenzingsdraad dat elke draad is aangesloten op de juiste pen van het laadstation. Lees ons gedetailleerde artikel over het aansluiten van de begrenzings- en geleidingsdraad op het laadstation.
• Controleer of de led op het laadstation continu groen brandt.
• Plaats de maaier in het laadstation om hem op te laden.
• Als het lampje van het laadstation blauw knippert en er geen lussignaal is, raadpleegt u onze informatie voor probleemoplossing.

• Het regelmatig bijwerken van de firmware van uw Automower®-robotmaaier zorgt dat deze optimaal presteert en profiteert van nieuwe functies, verbeteringen en oplossingen voor beveiligingskwetsbaarheden.
• De Automower® Connect-app waarschuwt u wanneer nieuwe firmware beschikbaar is voor uw maaier of laadstation.
• Lees meer over FOTA (Firmware Over-The-Air).

• Een schema instellen: Creëer een schema in de Automower® Connect-app en start de maaier. Wanneer de maaier is opgeladen en er een schema voor bedrijf is ingesteld, begint de maaier te maaien. Lees meer over de Automower®-plannertool.
• De maaihoogte afstellen: Als dit de eerste keer na de winter is dat uw gazon wordt gemaaid, is het belangrijk om het gras niet te kort te maaien. Dit kan het gras namelijk belasten en kwetsbaar maken voor ziekten of onkruid. Begin met een grote maaihoogte en verklein deze geleidelijk. Lees onze handleiding De maaihoogte van uw Automower®-robotmaaier aanpassen.
• Gebruik de functie TargetHeight in de Automower® Connect-app om de maaihoogte automatisch geleidelijk aan te passen (beschikbaar voor geselecteerde Automower®-modellen).
• Als de maaier slechts de helft van het gazon maait, is waarschijnlijk een begrenzingsdraad of geleidingsdraad aangesloten op een verkeerde pen van het laadstation. Controleer of de koppelingen juist zijn aangesloten op de pennen van het laadstation. Zie voor meer informatie: Waarom maait Automower® alleen delen van het gazon?

• Gebruik slimme routines van Automower® om de maaier af te stemmen op wisselende weersomstandigheden (voor modellen met mobieletelefonie- of wificonnectiviteit).
• In het gedeelte Smart Home van de Automower® Connect-app vindt u de slimme routines Regenbescherming en Vorstbescherming, die uw maaier automatisch parkeren wanneer zware regen respectievelijk vorst wordt voorspeld.