Robotmaaiers

Basisinstellingen en kalibratie uitvoeren van Automower®-robotmaaier met begrenzingsdraad

Deze handleiding is van toepassing op Automower®-robotmaaiers met begrenzingsdraadinstallaties.

Voordat u uw robotmaaier voor de eerste keer opstart, moet er een opstartprocedure in het menu van de maaier worden uitgevoerd, naast een automatische kalibratie van het signaal van de geleidingsdraad.

Basisinstellingen en kalibratie voor begrenzingsdraadinstallaties

  1. Zet de maaier in het laadstation.*
  2. Schakel het in.
  3. Selecteer taal, land, datum en tijd als dat wordt vereist, en stel een pincode in. Voor sommige modellen is een fabriekspincode vereist voordat een persoonlijke pincode kan worden geselecteerd.
  4. Start de maaier om de kalibratie van de geleidingsdraad te starten. Het kalibratieproces wordt automatisch uitgevoerd.

De maaier beweegt nu weg van het laadstation en stopt, terwijl hij het lussignaal van de begrenzingsdraad en andere maaierinstellingen kalibreert. Wanneer de kalibratie is voltooid, begint hij te maaien.

*Als u deze stap overslaat, genereert de maaier een nieuw lussignaal en voert hij bij de eerste keer verlaten van het laadstation het kalibratieproces uit.

Zie ook: Installeer Automower® met een fysieke begrenzingsdraad | Automower®-koppeling testen na het plaatsen van de draad

Was dit artikel nuttig?